Een smoezelige backstage van een literair evenement op een regenachtige zondagmiddag in 2016. Biertjes tussen blocnotes op tafel. Zes schrijvers, waaronder ikzelf en mijn gekke verloofde zijn aan het ouwehoeren voordat we onze stukjes voordragen op het podium. Het gesprek gaat – heel rock & roll – over vleesvervangers. Ik voel me een beetje ongemakkelijk, ik weet wel dat ik minder vlees moet eten, maar ik doe het niet. Een dichter vraagt: ‘Jij bent toch vegetariër?’ Ik schud mijn hoofd, wijs op mijn gekke verloofde en zeg: ‘Dat kan niet met hem.’ De dichter lacht alsof ik een grapje maak. ‘Nee maar jij? Ben jij geen vegetariër? Dat dacht ik altijd.’ Ik haal diep adem. Ik wil wel de voorloper zijn, de wereld redden met mijn vleesvervangers, maar ik wil ook kip in mijn pasta pesto en een schnitzel bij mijn aardappels en boontjes. Dat zeg ik alleen niet. Met een rood aangelopen hoofd wijs ik nog een keer naar mijn bierdrinkende carnivoor en schud mijn hoofd. De dichter neemt zwijgend een slok van zijn bier en ik neem er twee.
Nu is het zes jaar later; ik ben nog steeds geen vegetariër, maar ik wil wel de wereld redden en als het moet, doe ik dat met vleesvervangers. Deze duurzamere leefstijl heb ik aan mijn monstertjes te danken. Voordat zij er waren, wist ik ook wel dat de wereld in de fik stond, maar ik vond toch dat ik recht had op mijn schnitzel. Dat komt volgens mij omdat we leven in een wereld waarin ons wordt geleerd dat we overal recht op hebben. Zo is het me zo lang als ik me kan herinneren, voorgeschoteld: er moet meer groei zijn, we moeten meer kopen, meer eten, meer alles. En we worden niet echt geconfronteerd met de consequenties. We zien niet wat het betekent voor de toekomst van onze zoontjes en dochters. Geen zorgen dus. Iemand anders blust die brand wel.
Maar niemand blust de brand als wij het niet doen.
Toen mijn dochter werd geboren, besefte ik dat ik niet overal recht op heb. Sterker nog: ik heb de wereld slechts van haar te leen. Dus ik dompelde me onder in alles wat het blussen kan helpen. Ik probeerde vegan biefstuk (smaakt naar kattenvoer) en vegan shoarma (best thing ever) en werd verliefd op zeep (gewoon een stuk zeep mensen like the olden days). Het gaf me een goed gevoel om mijn best te doen, om te zoeken en te proberen; om iets bij te dragen. En nu wil ik het graag delen. Dus! De tien makkelijkste aanpassingen of lekkerste producten die helpen de wereld redden, som ik hieronder even voor je op. Omdat jij misschien ook wel een beetje wil blussen.
- Vegetarische schnitzels. Echt met stip op 1. Er zit zoveel rommel in vleesschnitzels, dat je letterlijk het verschil niet merkt. Mijn lievelingsschnitzel is die van de Aldi maar als je daar niet komt, probeer die van Vivera.
- Vegan shoarma. Best thing ever dus. Ik vond vleesshoarma vroeger best lekker maar ‘die harde dingetjes’ erin (lees: pezen en spieren) of de vetrandjes vond ik ranzig. Bij de dichter (die na de middag in 2016 een vriend van ons werd) aten we vegan shoarma en we zijn nooit meer teruggegaan naar vlees. Ons lievelingsmerk is weer Vivera. Ze hebben ook kickass gyros.
- Vega McChicken! Toen ik deze voor de eerste keer proefde, dacht ik dat ze me per ongeluk de vleesvariant hadden gegeven. Was niet zo, wel echt net zo lekker.
- Weglaten. Soms kun je dingen weglaten. Vlees op brood is dus zoiets, dat komt er bij ons niet meer in. Was even wennen, maar er is zoveel ander lekkers! Datzelfde geldt voor kip in de pasta pesto. Dit gerecht is net zo lekker met pesto, rucola, wat zongedroogde tomaatjes en verse parmezaan. Heus waar.
- Amandelmelk ter vervanging van koffiemelk. Ik heb vele soorten melkachtigen geprobeerd maar amandelmelk is echt het lekkerste. Het vleugje noot is een verrijking van mijn bakkie.
- Vegan mayonaise. Smaakt gewoon als Belgische (weetjewel een beetje zure) mayonaise. Mijn favoriete merk is van Mr. Kitchen.
- Grote kartonnen pakken wasmiddel. Die kleine plastic flesjes laat ik echt met gemak staan, want het Kruidvat verkoopt regelmatig XXXL pakken Witte Reus en Witte Reus Color. Ruikt prima en geen plastic.
- OMG zeep, gewoon zeep! Die plastic pompjes zijn niet nodig, een gewoon stuk zeep gaat langer mee en is net zo prima. Vroegah hadden we het allemaal. Je kunt zeep gewoon kopen bij de Albert Heijn en bij Dille & Kamille hebben ze lekkere bijzondere zeepjes.
- Shampoobars. Misschien moet je iets meer hardcore zijn om je haar met een stuk zeep te wassen, maar ik vind het heel fijn en ik koop mijn shampoobars het liefste bij bij Happy Soap.
- Smeerbare deo. Sinds ik moeder ben geworden, werken gewone deodoranten niet meer echt. Ik ruik mezelf overal doorheen. De smeerbare deo van Happy Soap heeft me gered. Heel fijn en milieuvriendelijk.
Ik hoop dat je wat hebt aan deze tips. Dat ik je aanmoedig, zoals de dichter, die later een vriend werd, mij ook aanmoedigde.
Mocht je allang aan het blussen geslagen zijn en je een tip voor mij hebt, hoor ik dat natuurlijk ook graag. Laat het me weten via Instagram @liannecollignon